Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Weerkaatsen wij Gods heerlijkheid?

Weerkaatsen wij Gods heerlijkheid?

Weerkaatsen wij Gods heerlijkheid?

’Gelijk spiegels weerkaatsen wij de heerlijkheid van Jehovah.’ — 2 KORINTHIËRS 3:18.

1. Wat zag Mozes, en wat gebeurde er daarna?

HET was een van de ontzagwekkendste visioenen die iemand ooit gekregen had. Terwijl Mozes zich helemaal alleen hoog op de berg Sinaï bevond, werd een ongewoon verzoek van hem ingewilligd. Hij mocht zien wat geen mens ooit gezien had — de heerlijkheid van Jehovah. Natuurlijk zag Mozes Jehovah niet rechtstreeks, want de gedaante van Jehovah is zo luisterrijk dat geen mens hem kan zien en toch kan blijven leven. In plaats daarvan hield Jehovah zijn „handpalm” als een beschuttend scherm over Mozes totdat Hij voorbijgegaan was, waarbij Hij zich kennelijk door een engel liet vertegenwoordigen. Vervolgens mocht Mozes van Jehovah de nagloed van deze goddelijke manifestatie van heerlijkheid zien. Jehovah sprak ook met Mozes via een engel. De bijbel beschrijft wat er daarna gebeurde: „Nu geschiedde het toen Mozes van de berg Sinaï afdaalde, . . . dat de huid van zijn aangezicht stralen uitzond, omdat hij met [Jehovah] gesproken had.” — Exodus 33:18–34:7, 29.

2. Wat schreef de apostel Paulus over de heerlijkheid die christenen weerkaatsen?

2 Stel dat we bij Mozes op die berg waren. Wat aangrijpend zou het zijn de oogverblindende pracht van de Almachtige te zien en zijn woorden te horen! Wat een voorrecht zou het zijn naast Mozes, de middelaar van het Wetsverbond, de berg Sinaï af te dalen! Maar wist je dat ware christenen in sommige opzichten Gods heerlijkheid weerkaatsen op een manier die zelfs Mozes’ weerkaatsing ervan overtreft? Dat tot nadenken stemmende feit staat vermeld in een brief die door de apostel Paulus is geschreven. Hij schreef dat gezalfde christenen „de heerlijkheid van Jehovah gelijk spiegels weerkaatsen” (2 Korinthiërs 3:7, 8, 18). In zekere zin weerkaatsen ook christenen met een aardse hoop Gods heerlijkheid.

Hoe christenen Gods heerlijkheid weerkaatsen

3. Welke kennis over Jehovah waarover Mozes niet beschikte hebben wij verworven?

3 Hoe zouden wij nu Gods heerlijkheid kunnen weerkaatsen? Wij hebben Jehovah niet gezien of gehoord zoals Mozes. We hebben echter wel kennis over Jehovah verworven waarover Mozes niet beschikte. Pas bijna 1500 jaar na Mozes’ dood is Jezus als de Messias verschenen. Bijgevolg kan Mozes niet geweten hebben hoe de Wet vervuld zou worden in Jezus, die stierf om mensen te verlossen van de verschrikkelijke onderdrukking van zonde en dood (Romeinen 5:20, 21; Galaten 3:19). Bovendien kon Mozes slechts op beperkte schaal de luister waarnemen van Jehovah’s voornemen, waarin het Messiaanse koninkrijk en het aardse Paradijs dat erdoor bewerkstelligd zal worden centraal staan. Wij nemen Jehovah’s heerlijkheid dan ook niet waar met onze letterlijke ogen, maar met ogen des geloofs gebaseerd op de bijbelse leer. Daar komt nog bij dat we Jehovah’s stem niet via een engel hebben gehoord maar via de bijbel, en in het bijzonder via de Evangeliën, die zo prachtig Jezus’ onderwijs en bediening beschrijven.

4. (a) Hoe weerkaatsen gezalfde christenen Gods heerlijkheid? (b) Op welke manieren kunnen degenen die de aardse hoop hebben Gods heerlijkheid weerkaatsen?

4 Hoewel christenen Gods heerlijkheid niet weerkaatsen doordat hun gezicht stralen uitzendt, straalt hun gezicht wel als ze anderen over Jehovah’s schitterende persoonlijkheid en voornemens vertellen. Over onze tijd heeft de profeet Jesaja voorzegd dat Gods volk ’stellig over Jehovah’s heerlijkheid zou vertellen onder de naties’ (Jesaja 66:19). Bovendien lezen we in 2 Korinthiërs 4:1, 2: „Aangezien wij deze bediening hebben . . ., hebben [wij] gebroken met de achterbakse dingen waarover men zich dient te schamen, daar wij niet met listigheid wandelen noch het woord van God vervalsen, maar door de waarheid openbaar te maken, onszelf aan ieder menselijk geweten aanbevelen voor het oog van God.” Paulus doelde hier in het bijzonder op gezalfde christenen, die „dienaren van een nieuw verbond” zijn (2 Korinthiërs 3:6). Maar hun bediening is van invloed geweest op tallozen die de hoop op eeuwig leven op aarde hebben gekregen. Beide groepen weerkaatsen bij hun bediening de heerlijkheid van Jehovah niet alleen in wat ze onderwijzen maar ook in hun manier van leven. Het is onze verantwoordelijkheid en ons voorrecht de heerlijkheid van de Allerhoogste God te weerspiegelen!

5. Waarvan vormt onze geestelijke voorspoed het bewijs?

5 Tegenwoordig wordt het glorierijke goede nieuws van Gods koninkrijk, zoals Jezus heeft voorzegd, op heel de bewoonde aarde gepredikt (Mattheüs 24:14). Personen uit alle naties, stammen, volken en talen hebben enthousiast gereageerd op het goede nieuws en hebben hun leven hervormd om de wil van God te doen (Romeinen 12:2; Openbaring 7:9). Net als de eerste christenen kunnen ze niet ophouden met spreken over de dingen die ze gezien en gehoord hebben (Handelingen 4:20). Ruim zes miljoen mensen, meer dan op enig ander tijdstip in de menselijke geschiedenis, weerkaatsen Gods heerlijkheid nu. Ben jij een van hen? De geestelijke voorspoed van Gods volk vormt een overtuigend bewijs van Jehovah’s zegen en bescherming. Dat Jehovah’s geest op ons rust is nog duidelijker als we denken aan de sterke krachten die we tegenover ons hebben. Laten we eens kijken waarom dat zo is.

Gods volk laat zich niet tot zwijgen brengen

6. Waarom vergt het geloof en moed om Jehovah’s kant te kiezen?

6 Stel dat je opgeroepen werd om in een rechtszaak te getuigen tegen een meedogenloze misdadiger. Je weet dat de misdadiger een machtige organisatie heeft en dat hij voor niets zal terugschrikken om te voorkomen dat je hem ontmaskert. Om tegen zo’n misdadiger te getuigen heb je moed nodig en het vertrouwen dat de autoriteiten je tegen hem zullen beschermen. Wij bevinden ons in een soortgelijke situatie. Door getuigenis af te leggen van Jehovah en zijn voornemens getuigen we tegen Satan de Duivel; we stellen hem aan de kaak als een moordenaar en een leugenaar die de hele bewoonde aarde misleidt (Johannes 8:44; Openbaring 12:9). Het vergt zowel geloof als moed om Jehovah’s kant te kiezen en stelling te nemen tegen de Duivel.

7. Hoe invloedrijk is Satan, en wat probeert hij te doen?

7 Jehovah is uiteraard het Opperwezen. Zijn macht is oneindig superieur aan die van Satan. We kunnen er zeker van zijn dat Jehovah ons niet alleen kan maar ook heel graag wil beschermen als we hem loyaal dienen (2 Kronieken 16:9). Dat neemt niet weg dat Satan de heerser is van de demonen en van de van God vervreemde mensenwereld (Mattheüs 12:24, 26; Johannes 14:30). Nu Satan tot de omgeving van de aarde beperkt is en hij vervuld is van „grote toorn”, voert hij een bittere strijd tegen Jehovah’s dienstknechten en gebruikt hij de wereld, die hij in zijn macht heeft, om te proberen iedereen die het goede nieuws predikt tot zwijgen te brengen (Openbaring 12:7-9, 12, 17). Hoe doet hij dat? Op minstens drie manieren.

8, 9. Hoe bedient Satan zich van misplaatste liefde, en waarom moeten we de mensen met wie we omgaan met zorg kiezen?

8 Eén manier waarop Satan ons uit ons evenwicht probeert te brengen, is door de beslommeringen van het leven. De mensen in deze laatste dagen hebben het geld lief, zijn egoïstisch en genotzuchtig. God hebben ze niet lief (2 Timotheüs 3:1-4). Doordat de meeste mensen volkomen in beslag worden genomen door de dagelijkse dingen van het leven, ’slaan ze geen acht’ op het goede nieuws dat we hun brengen. Het interesseert hen gewoon niet de bijbelse waarheid te leren kennen (Mattheüs 24:37-39). Zo’n houding kan besmettelijk zijn, zodat we wegdommelen in een toestand van geestelijke lethargie. Als we toelaten dat zich bij ons liefde voor materiële dingen en de genoegens van het leven ontwikkelt, zal onze liefde voor God verkoelen. — Mattheüs 24:12.

9 Om die reden gaan christenen zorgvuldig te werk bij het uitkiezen van de mensen met wie ze omgaan. „Hij die met wijzen wandelt, zal wijs worden,” schreef koning Salomo, „maar wie zich met de verstandelozen inlaat, zal het slecht vergaan” (Spreuken 13:20). Laten we ’wandelen’ met personen die Gods heerlijkheid weerkaatsen. Dat is echt een genoegen! Als we op onze vergaderingen en bij andere gelegenheden met onze broeders en zusters samenkomen, putten we aanmoediging uit hun liefde, hun geloof, hun vreugde en hun wijsheid. Die gezonde omgang sterkt ons in ons besluit om in onze bediening te volharden.

10. Op welke manieren heeft Satan degenen die Gods heerlijkheid weerkaatsen tot een voorwerp van spot gemaakt?

10 Een tweede manier waarop Satan alle christenen wil laten ophouden met het weerkaatsen van Gods heerlijkheid, is door spot. Die tactiek hoeft ons niet te verbazen. Jezus Christus werd tijdens zijn aardse bediening bespot — uitgelachen, gehoond, onbeschaamd behandeld en zelfs bespuwd (Markus 5:40; Lukas 16:14; 18:32). Ook de eerste christenen waren het voorwerp van spot (Handelingen 2:13; 17:32). Hedendaagse dienstknechten van Jehovah valt een soortgelijke behandeling ten deel. Volgens de apostel Petrus zouden ze in feite als valse profeten bestempeld worden. Hij voorzei „dat er in de laatste dagen spotters zullen komen met hun spotternij, die overeenkomstig hun eigen begeerten te werk gaan en zeggen: ’Waar is nu de beloofde tegenwoordigheid van hem? Ach wat, . . . alle dingen [blijven] precies zo als sedert het begin der schepping’” (2 Petrus 3:3, 4). Gods volk wordt belachelijk gemaakt als mensen die het aan werkelijkheidszin ontbreekt. De morele maatstaven van de bijbel worden als ouderwets beschouwd. Velen vinden de boodschap die we prediken dwaas (1 Korinthiërs 1:18, 19). Het kan zijn dat we, omdat we christenen zijn, op school, op ons werk en soms zelfs in de gezinskring bespot worden. Maar we laten ons niet uit het veld slaan en blijven Gods heerlijkheid weerkaatsen door onze prediking, omdat we er net als Jezus van overtuigd zijn dat Gods Woord waarheid is. — Johannes 17:17.

11. Hoe heeft Satan zich van vervolging bediend bij zijn pogingen christenen tot zwijgen te brengen?

11 Een derde tactiek die de Duivel gebruikt in een poging ons tot zwijgen te brengen, is tegenstand of vervolging. Jezus zei tegen zijn volgelingen: „Dan zal men u overleveren aan verdrukking en u doden, en gij zult ter wille van mijn naam voorwerpen van haat zijn voor alle natiën” (Mattheüs 24:9). Als Getuigen van Jehovah hebben we in veel delen van de wereld inderdaad met boosaardige vervolging te kampen gehad. We beseffen dat Jehovah lang geleden voorzegd heeft dat er haat of vijandschap zou ontstaan tussen degenen die God dienen en degenen die Satan de Duivel dienen (Genesis 3:15). We weten ook dat we door onder beproeving rechtschapen te blijven, getuigen van de rechtmatigheid van Jehovah’s universele soevereiniteit. Die wetenschap kan ons zelfs onder de extreemste omstandigheden sterk maken. Geen vervolging zal ons ooit voorgoed tot zwijgen brengen als we vastbesloten blijven Gods heerlijkheid te weerkaatsen.

12. Waarom hebben we reden om ons te verheugen als we ondanks Satans tegenstand getrouw blijven?

12 Bied jij weerstand aan de aantrekkingskracht van de wereld en betoon je je getrouw ondanks spot en tegenstand? Dan heb je reden om je te verheugen. Jezus verzekerde degenen die hem zouden navolgen: „Gelukkig zijt gij wanneer men u smaadt en vervolgt en liegende allerlei kwaad tegen u spreekt ter wille van mij. Verheugt u en springt op van vreugde, want uw beloning is groot in de hemelen; zo immers hebben zij de profeten vóór u vervolgd” (Mattheüs 5:11, 12). Uit je volharding blijkt dat Jehovah’s machtige heilige geest op je rust en je de kracht geeft om zijn heerlijkheid te weerkaatsen. — 2 Korinthiërs 12:9.

Volharding komt van Jehovah

13. Wat is voor ons een belangrijke reden om in onze christelijke bediening te volharden?

13 Een belangrijke reden om in de bediening te volharden, is dat we Jehovah liefhebben en heel graag zijn heerlijkheid weerkaatsen. Mensen zijn geneigd een voorbeeld te nemen aan degenen die ze liefhebben en respecteren, en er is niemand die dat meer waard is dan Jehovah God. Wegens zijn eigen grote liefde heeft hij zijn Zoon naar de aarde gezonden om getuigenis af te leggen van de waarheid en de gehoorzame mensheid los te kopen (Johannes 3:16; 18:37). Net als God willen we dat mensen van allerlei aard tot berouw en redding geraken; daarom prediken we tot hen (2 Petrus 3:9). Die wens, samen met ons vaste besluit Gods voorbeeld te volgen, beweegt ons ertoe zijn heerlijkheid te blijven weerkaatsen door onze bediening.

14. Hoe geeft Jehovah ons de kracht om in onze bediening te volharden?

14 Uiteindelijk komt onze kracht om in de christelijke bediening te volharden echter van Jehovah. Hij steunt en sterkt ons door zijn geest, zijn organisatie en zijn Woord, de bijbel. Jehovah ’schenkt volharding’ aan hen die zijn heerlijkheid willen weerkaatsen. Hij verhoort onze gebeden en geeft ons de wijsheid om met beproevingen om te gaan (Romeinen 15:5; Jakobus 1:5). Bovendien laat Jehovah niet toe dat er enige beproeving over ons komt die we onmogelijk kunnen dragen. Als we op Jehovah vertrouwen, zal hij voor de uitweg zorgen zodat we zijn heerlijkheid kunnen blijven weerkaatsen. — 1 Korinthiërs 10:13.

15. Wat helpt ons te volharden?

15 Door onze volharding in de bediening wordt bewezen dat Gods geest op ons rust. Ter illustratie: Stel dat iemand je vraagt een bepaald soort brood huis aan huis te distribueren, gratis. Je krijgt opdracht dat op eigen kosten en in je eigen tijd te doen. Verder merk je al gauw dat maar heel weinig mensen je brood echt willen; sommigen zullen je pogingen om het te distribueren zelfs dwarsbomen. Denk je dat je je maand in maand uit, jaar in jaar uit, van die taak zou blijven kwijten? Waarschijnlijk niet. Toch kan het zijn dat je je al jarenlang, decennialang zelfs, inspant om het goede nieuws in je eigen tijd en op eigen kosten bekend te maken. Waarom? Dat doe je toch zeker omdat je Jehovah liefhebt en hij je inspanningen met zijn geest heeft gezegend door je te helpen te volharden?

Een werk om nooit te vergeten

16. Wat betekent volharding in onze bediening voor ons en voor hen die naar ons luisteren?

16 De bediening van het nieuwe verbond is een onvergelijkelijk geschenk (2 Korinthiërs 4:7). Ook de christelijke bediening die de andere schapen wereldwijd verrichten is een kostbare schat. Door in je bediening te volharden, kun je, zoals Paulus aan Timotheüs schreef, ’zowel jezelf redden als hen die naar je luisteren’ (1 Timotheüs 4:16). Bedenk eens wat dat betekent. Het goede nieuws dat je predikt, biedt anderen de gelegenheid om eeuwig te leven. Je kunt een sterke vriendschapsband smeden met degenen die je in geestelijk opzicht helpt. Stel je eens voor wat een vreugde het zal zijn om eeuwig in het Paradijs te leven met degenen die je hebt geholpen God te leren kennen! Ze zullen je inspanningen om hen te helpen beslist nooit vergeten. Wat een reden tot voldoening!

17. Waarom is onze tijd een unieke periode in de menselijke geschiedenis?

17 We leven in een unieke periode in de menselijke geschiedenis. Het goede nieuws zal nooit meer in een van God vervreemde wereld gepredikt worden. Noach leefde in zo’n wereld, en hij zag die verdwijnen. Wat moet het hem blij hebben gestemd te weten dat hij getrouw Gods wil had volbracht door een ark te bouwen, tot redding van hem en zijn gezin! (Hebreeën 11:7) Ook jij kunt zo’n vreugde smaken. Bedenk eens hoe je je in de nieuwe wereld zult voelen als je terugkijkt op je activiteit in deze laatste dagen, wetend dat je hebt gedaan wat je kon om de Koninkrijksbelangen te bevorderen.

18. Welke verzekering en aanmoediging geeft Jehovah zijn dienstknechten?

18 Laten we dus Gods heerlijkheid blijven weerkaatsen. Dat zal iets zijn wat we ons altijd zullen herinneren. Ook Jehovah herinnert zich onze werken. De bijbel geeft de volgende aanmoediging: „God is niet onrechtvaardig, zodat hij uw werk en de liefde die gij voor zijn naam hebt getoond doordat gij de heiligen hebt gediend en blijft dienen, zou vergeten. Maar wij begeren dat een ieder van u dezelfde naarstigheid aan de dag legt om tot het einde toe de volle verzekerdheid van de hoop te hebben, opdat gij niet traag wordt, maar navolgers zijt van hen die door geloof en geduld de beloften beërven.” — Hebreeën 6:10-12.

Overzichtsvragen

• Hoe weerkaatsen christenen Gods heerlijkheid?

• Wat zijn enkele tactieken waarvan Satan zich bedient bij zijn pogingen Gods volk tot zwijgen te brengen?

• Waardoor wordt bewezen dat Gods geest op ons rust?

[Studievragen]

[Illustratie op blz. 15]

Mozes’ gezicht weerkaatste heerlijkheid

[Illustraties op blz. 16, 17]

We weerkaatsen Gods heerlijkheid in onze bediening