Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

 INTERVIEW | WENLONG HE

Een experimenteel natuurkundige vertelt over zijn geloof

Een experimenteel natuurkundige vertelt over zijn geloof

WENLONG HE heeft natuurkunde gestudeerd in Suzhou, in de provincie Jiangsu (China). Hij redigeert een internationaal tijdschrift over technologie en heeft al heel wat wetenschappelijke artikelen gepubliceerd. Nu werkt hij bij de Universiteit van Strathclyde in Schotland. Toen hij jonger was, geloofde hij in evolutie, maar later kwam hij tot de conclusie dat het leven geschapen is. Ontwaakt! stelde hem vragen over zijn geloof.

Kunt u ons iets over uw achtergrond vertellen?

Ik ben in 1963 in China geboren. Daar groeide ik op in een dorpje ten zuiden van de rivier de Jangtsekiang, in de provincie Jiangsu. Het is een subtropisch gebied dat wel het land van rijst en vis wordt genoemd vanwege de hoge voedselproductie. Als kind vroeg ik me af: Waarom zijn er in de natuur zo veel lekkere smaken? Zijn die vanzelf ontstaan? Wat was er het eerst: de kip of het ei? Omdat China overwegend atheïstisch is, leerde ik op school over evolutie.

Uit wat voor gezin komt u?

Mijn ouders waren atheïst. Mijn moeder werkte op het land en mijn vader had zijn eigen bouwbedrijf. Ik ben de oudste van vijf jongens, maar twee van mijn broers zijn al jong gestorven. Daar had ik veel verdriet van. Ik vroeg me af waarom mensen doodgaan en of ik mijn broers ooit terug zou zien.

Waarom bent u natuurkunde gaan studeren?

De natuur intrigeerde me en ik hoopte dat ik in de natuurkunde een antwoord zou vinden op de vragen die me al sinds mijn kindertijd bezighielden.

Wat is uw onderzoeksterrein?

Ik onderzoek manieren om elektrisch geladen deeltjes te versnellen tot snelheden die de snelheid van het licht benaderen. Dat doe ik om atoomstructuren te bestuderen. Daarnaast onderzoek ik hoe we krachtige straling kunnen opwekken met een frequentie tussen die van microgolven en  infraroodstraling in. Mijn werk is commercieel gericht, maar het heeft ook raakvlakken met onderzoek naar de oorsprong van het universum.

Hoe kwam het dat u interesse voor de Bijbel kreeg?

In 1998 kwamen er twee Getuigen van Jehovah bij me aan de deur. Ze boden aan mijn vragen te beantwoorden aan de hand van de Bijbel. Mijn vrouw, Huabi, die net als ik onderzoekswetenschapper is, kwam erbij zitten. We hadden nog nooit een Bijbel gezien, maar we waren onder de indruk van de praktische adviezen erin. Het viel ons op dat het echtpaar dat bij ons kwam hier veel aan had gehad. Ze waren gelukkig en hadden een ongecompliceerd leven. Door wat ik in de Bijbel over God las, ging ik weer nadenken over de vraag of het universum geschapen is. Als experimenteel natuurkundige probeer ik de natuur te begrijpen. Daarom besloot ik nog eens goed naar de feiten te kijken.

Als experimenteel natuurkundige probeer ik de natuur te begrijpen. Daarom besloot ik nog eens goed naar de feiten te kijken

Welke feiten hebt u onderzocht?

De tweede hoofdwet van de thermodynamica leert dat een gesloten systeem zichzelf niet kan verbeteren en niet geordend kan blijven tenzij er een externe kracht bij betrokken is. Het universum en het leven op aarde zijn in hoge mate geordend, dus kwam ik tot de conclusie dat er een externe kracht, een Schepper, aan te pas was gekomen. Ook lijken het universum en de aarde speciaal ontworpen om leven mogelijk te maken.

Wat zijn voor u bewijzen van ontwerp?

Bijna al het leven op aarde is voor energie afhankelijk van de zon. Zonne-energie verplaatst zich door de ruimte als straling en bereikt de aarde in een breed spectrum van golflengten. De dodelijke gammastralen hebben de kortste golflengte. Dan volgen de röntgenstralen, uv-stralen, zichtbaar licht, infrarode stralen, microgolven en de radiogolven, die de langste golflengte hebben. Het is opmerkelijk dat onze atmosfeer veel schadelijke straling tegenhoudt, maar straling die we nodig hebben juist doorlaat.

Waarom vond u vooral dat zo indrukwekkend?

Omdat het eerste gedeelte van het Bijbelse scheppingsverhaal ook over licht gaat. Daar staat: „Nu zei God: ’Er kome licht.’ Toen kwam er licht.” * Maar een heel klein deel van alle zonnestraling bestaat uit zichtbaar licht, maar het is onmisbaar voor leven. Planten gebruiken het om voedsel te produceren en wij hebben licht nodig om te kunnen zien. De manier waarop de atmosfeer licht doorlaat, kan gewoon geen toeval zijn. Ook de kleine hoeveelheid uv-licht die de aarde bereikt, is heel bijzonder.

Waarom is dat voor ons van belang?

We kunnen niet zonder uv-straling. Onze huid heeft een kleine hoeveelheid nodig om vitamine D aan te maken, wat voor gezonde botten zorgt en waarschijnlijk ook een bescherming vormt tegen kanker en andere aandoeningen. Maar te veel uv-straling veroorzaakt juist huidkanker en staar. Onder normale omstandigheden laat de atmosfeer precies de goede hoeveelheid uv-straling door, niet te veel en niet te weinig. Voor mij is dat een bewijs dat iemand de aarde zo heeft ontworpen dat die geschikt is voor leven.

Na een tijdje raakten Huabi en ik ervan overtuigd dat er een Schepper is en dat de Bijbel onder zijn leiding is geschreven. In 2005 zijn we Getuigen van Jehovah geworden en nu helpen we ook anderen de Bijbel te leren kennen.