LANDEN EN VOLKEN
Een bezoek aan El Salvador
ZO’N vijfhonderd jaar geleden arriveerden de Spanjaarden in wat nu El Salvador is. De grootste stam in het gebied noemde hun land Cuscatlán, „Land van de juwelen”. De meeste mensen die nu in El Salvador wonen, zijn afstammelingen van inheemse stammen en Europese kolonisten.
De Salvadoranen staan bekend om hun ijver en vriendelijkheid. Ze zijn ook heel beleefd en respectvol. Als mensen een gesprek beginnen of een winkel binnenkomen, groeten ze anderen beleefd met Buenos días (goedemorgen) of Buenas tardes (goedemiddag). Op het platteland vinden Salvadoranen het zelfs onbeleefd om een voorbijganger niet te groeten.
Een populair Salvadoraans gerecht is de pupusa: een mais- of rijsttortilla gevuld met kaas, bonen en soms varkensvlees of andere vullingen. Pupusas worden vaak geserveerd met tomatensaus en curtido, een mengsel van kool, wortels, uien en pikante azijn. Sommige mensen eten pupusas met mes en vork, maar traditioneel worden ze met de handen gegeten.
WIST U DIT? El Salvador wordt wel het „Land van de vulkanen” genoemd. Er zijn meer dan twintig vulkanen, waarvan sommige nog actief zijn. De Los Tercios-waterval stroomt over grote zeshoekige zuilen van vulkanische oorsprong.
Er zijn meer dan 38.000 Getuigen van Jehovah in El Salvador, en ze zijn georganiseerd in zo’n 700 gemeenten. Ze geven aan ongeveer 43.000 mensen Bijbelles in het Spaans, in het Engels en in Salvadoraanse Gebarentaal.