Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

LIED 103

Herders zijn een geschenk van Jehovah

Herders zijn een geschenk van Jehovah

(Efeziërs 4:8)

  1. 1. Vader, u geeft een prachtig geschenk:

    herders die naast ons staan.

    Zij leiden ons in woord en in daad,

    altijd met ons begaan.

    (REFREIN)

    Vader, bedankt dat u herders geeft,

    mannen bescheiden en trouw.

    Naar ons als schaapjes gaat al hun zorg.

    Weet dat ik veel van ze hou.

  2. 2. Zij hebben oog voor hoe ik me voel,

    staan me steeds vriend’lijk bij.

    Als ik gewond ben, zijn zij bezorgd

    — spreken dan zacht tot mij.

    (REFREIN)

    Vader, bedankt dat u herders geeft,

    mannen bescheiden en trouw.

    Naar ons als schaapjes gaat al hun zorg.

    Weet dat ik veel van ze hou.

  3. 3. Ik ben heel dankbaar voor al hun raad,

    wijsheid meer waard dan goud,

    goed gefundeerd advies uit uw Woord,

    leiding voor jong en oud.

    (REFREIN)

    Vader, bedankt dat u herders geeft,

    mannen bescheiden en trouw.

    Naar ons als schaapjes gaat al hun zorg.

    Weet dat ik veel van ze hou.