Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Een unieke bron van superieure wijsheid

Een unieke bron van superieure wijsheid

Deel 3

Een unieke bron van superieure wijsheid

1, 2. Waarom dienen wij de bijbel te onderzoeken?

1 Is de bijbel het opgetekende bericht van die superieure wijsheid? Kan dit boek ons waarheidsgetrouwe antwoorden geven op de belangrijke vragen die met het doel van het leven te maken hebben?

2 De bijbel is beslist een onderzoek van onze zijde waard. Eén reden is dat hij het opmerkelijkste boek is dat ooit is samengesteld, zeer verschillend van elk ander boek. Beschouw de volgende feiten eens.

Het oudste en meest verspreide boek

3, 4. Hoe oud is de bijbel?

3 De bijbel is het oudste boek dat ooit is geschreven; gedeelten ervan zijn zo’n 3500 jaar geleden samengesteld. Hij is veel ouder dan welk ander boek maar ook dat als heilig wordt beschouwd. Het eerste van de 66 boeken van de bijbel werd ongeveer duizend jaar vóór Boeddha en Confucius geschreven en zo’n tweeduizend jaar vóór Mohammed.

4 De geschiedenis die in de bijbel staat opgetekend, gaat terug tot het begin van de menselijke familie en verklaart hoe wij hier op aarde gekomen zijn. Wij worden zelfs meegenomen naar de tijd voordat de mensen werden geschapen, want er worden feiten verschaft over het formeren van de aarde.

5. Hoeveel oude handschriften van de bijbel bestaan er, vergeleken met oude wereldlijke geschriften?

5 Van andere religieuze boeken, en ook niet-religieuze, bestaan nog slechts enkele exemplaren van hun oude handschriften. Van de bijbel, of van gedeelten ervan, bestaan ongeveer 11.000 afschriften in het Hebreeuws en het Grieks, waarvan sommige uit een tijd stammen die heel dicht bij de tijd ligt waarin het origineel werd geschreven. Deze zijn bewaard gebleven ondanks het feit dat men de meest intensieve aanvallen die maar denkbaar zijn, tegen de bijbel heeft ondernomen.

6. Op welke schaal is de bijbel verspreid?

6 Ook is de bijbel verreweg het meest verspreide boek in de geschiedenis. Er zijn ongeveer drie miljard bijbels of gedeelten van de bijbel in zo’n tweeduizend talen verspreid. Men zegt dat 98 procent van de menselijke familie in zijn eigen taal toegang heeft tot de bijbel. Geen enkel ander boek heeft dat verspreidingscijfer ook maar benaderd.

7. Wat kan er over de nauwkeurigheid van de bijbel worden gezegd?

7 Bovendien is geen ander oud boek wat nauwkeurigheid betreft met de bijbel te vergelijken. Wetenschappers, geschiedkundigen, archeologen, aardrijkskundigen, taalexperts en anderen stellen steeds weer vast dat de bijbelse verslagen op waarheid berusten.

Wetenschappelijke nauwkeurigheid

8. Hoe nauwkeurig is de bijbel in wetenschappelijke kwesties?

8 Hoewel de bijbel niet als een wetenschappelijk leerboek werd geschreven, stemt hij, wanneer er over wetenschappelijke kwesties wordt gesproken, bijvoorbeeld wel overeen met ware wetenschap. Andere oude boeken die als heilig worden beschouwd, bevatten echter wetenschappelijke mythen, onnauwkeurigheden en rechtstreekse onwaarheden. Hier volgen slechts vier van de vele voorbeelden van de wetenschappelijke nauwkeurigheid van de bijbel:

9, 10. Wat zei de bijbel over de wijze waarop de aarde wordt ondersteund, in plaats van de onwetenschappelijke ideeën van zijn tijd te weerspiegelen?

9 Wat de aarde in de ruimte houdt. In de oude tijden waarin de bijbel werd geschreven, bestonden er allerlei veronderstellingen omtrent de wijze waarop de aarde in de ruimte werd gehouden. Sommigen geloofden dat de aarde rustte op vier olifanten die op een grote zeeschildpad stonden. Aristoteles, een Griekse filosoof en geleerde uit de vierde eeuw v.G.T., leerde dat het onmogelijk was dat de aarde in een lege ruimte hing. In plaats daarvan leerde hij dat de hemellichamen vastzaten aan het oppervlak van stevige, doorzichtige bollen, waarbij elke bol binnen een andere bol genesteld lag. De aarde bevond zich, zo beweerde hij, op de binnenste bol, en op de buitenste bol lagen de sterren.

10 De bijbel weerspiegelde niet de fantastische, onwetenschappelijke ideeën van de tijd waarin hij werd geschreven, maar verklaarde eenvoudig (omstreeks 1473 v.G.T.): „[God] hangt de aarde op aan niets” (Job 26:7). Het hier in het oorspronkelijke Hebreeuws gebruikte woord voor „niets” betekent „niet iets”, en dit is de enige keer dat het in de bijbel voorkomt. Het beeld dat hier geschilderd wordt van een aarde omgeven door lege ruimte, wordt door geleerden erkend als een opmerkelijk inzicht voor die tijd. Het Theological Wordbook of the Old Testament zegt: „Job 26:7 beschrijft de toen bekende wereld frappant als hangend in de ruimte, daarmee vooruitlopend op toekomstige wetenschappelijke ontdekkingen.”

11, 12. Wanneer gingen mensen de waarheid van Job 26:7 begrijpen?

11 De nauwkeurige uitspraak van de bijbel werd ruim 1100 jaar voordat Aristoteles leefde gedaan. Toch werden Aristoteles’ opvattingen zo’n 2000 jaar na zijn dood nog als feit geleerd! Uiteindelijk, in 1687 G.T., publiceerde Sir Isaac Newton zijn bevindingen dat de aarde ten opzichte van andere hemellichamen op haar plaats wordt gehouden door onderlinge aantrekkingskracht, dat wil zeggen, door gravitatie. Maar dat was bijna 3200 jaar nadat de bijbel in alle eenvoud had verklaard dat de aarde hangt „aan niets”.

12 Ja, bijna 3500 jaar geleden merkte de bijbel correct op dat de aarde niet door iets zichtbaars wordt ondersteund, een feit dat in overeenstemming is met de veel later ontdekte wetten van gravitatie en beweging. „Hoe Job de waarheid wist,” zei een geleerde, „is een vraag die voor degenen die de inspiratie van de Heilige Schrift ontkennen, niet gemakkelijk op te lossen is.”

13. Hoe dachten mensen eeuwen geleden over de vorm van de aarde, maar wat heeft hen van gedachten doen veranderen?

13 De vorm van de aarde. The Encyclopedia Americana zei: „Het vroegst bekende beeld dat mensen van de aarde hadden, was dat ze een vlak, stevig platform was in het midden van het universum. . . . Het idee van een bolvormige aarde werd pas in de Renaissance alom aanvaard.” Sommige vroege zeevaarders waren zelfs bang dat zij van de rand van de platte aarde zouden afvallen. Later maakten de komst van het kompas en andere verbeteringen het echter mogelijk langere oceaanreizen te maken. Deze „ontdekkingsreizen”, zo zet een andere encyclopedie uiteen, „toonden aan dat de wereld rond was en niet plat, zoals de meeste mensen hadden geloofd”.

14. Hoe beschreef de bijbel de vorm van de aarde, en wanneer?

14 Toch zei de bijbel lang vóór die reizen, ongeveer 2700 jaar geleden: „Er is er Een die woont boven het rond der aarde” (Jesaja 40:22). Het Hebreeuwse woord dat hier met „rond” is vertaald, kan ook „bol” betekenen, zoals in verschillende naslagwerken wordt opgemerkt. Andere bijbelvertalingen zeggen derhalve „de globe van de aarde” (Douay Version) en „de ronde aarde”. — Moffatt.

15. Waarom werd de bijbel niet beïnvloed door onwetenschappelijke ideeën omtrent de aarde?

15 De bijbel werd dus niet beïnvloed door de onwetenschappelijke ideeën van die tijd omtrent de vorm van de aarde en de wijze waarop ze wordt ondersteund. De reden hiervoor is simpel: De Auteur van de bijbel is de Auteur van het universum. Hij heeft de aarde geschapen, dus hij weet beslist waaraan ze opgehangen is en wat voor vorm ze heeft. Toen hij de bijbel inspireerde, zag hij er daarom op toe dat er geen onwetenschappelijke ideeën in opgenomen werden, hoezeer ze ook door anderen in die tijd werden geloofd.

16. Hoe stemt de samenstelling van levende organismen overeen met wat de bijbel zegt?

16 De samenstelling van levende organismen. „Jehovah God ging ertoe over de mens te vormen uit stof van de aardbodem”, zegt Genesis 2:7. In The World Book Encyclopedia staat: „Alle chemische elementen waaruit levende organismen bestaan, komen ook in niet-levende materie voor.” Alle fundamentele chemische verbindingen waaruit levende organismen, met inbegrip van de mens, bestaan, worden dus ook in de aarde zelf aangetroffen. Dit strookt met wat de bijbel zegt over het materiaal dat God gebruikte om mensen en alle andere levende organismen te scheppen.

17. Wat is de waarheid omtrent het ontstaan van levende organismen?

17 „Naar hun soort.” De bijbel zegt dat God het eerste mensenpaar schiep en dat alle andere mensen van hen afstammen (Genesis 1:26-28; 3:20). Er staat dat hetzelfde geldt voor alle andere levende organismen, zoals vissen, vogels en zoogdieren, en dat ze voortbrengen „naar hun soort” (Genesis 1:11, 12, 21, 24, 25). Dat is precies wat wetenschappers in de natuur hebben ontdekt, namelijk dat elk levend organisme afkomstig is van een ouder van dezelfde soort. Er zijn geen uitzonderingen. De natuurkundige Raymo merkt hierover op: „Leven maakt leven; het gebeurt voortdurend in elke cel. Maar hoe heeft iets levenloos leven gemaakt? Het is een van de grootste onbeantwoorde vragen in de biologie, en tot nu toe kunnen biologen weinig meer bieden dan lukrake gissingen. Op de een of andere manier is onbezielde materie erin geslaagd zichzelf tot iets bezields te organiseren. . . . Misschien heeft de schrijver van Genesis het toch bij het juiste eind gehad.”

Historische nauwkeurigheid

18. Wat zegt een jurist over de historische nauwkeurigheid van de bijbel?

18 De bijbel bevat, vergeleken met elk ander boek, de nauwkeurigste oude geschiedenis. In het boek A Lawyer Examines the Bible wordt de historische nauwkeurigheid van de bijbel door een jurist als volgt belicht: „Terwijl liefdesgeschiedenissen, legenden en valse getuigenissen de verhaalde gebeurtenissen zorgvuldig in een of ander verafgelegen oord en in een niet nader omschreven tijd plaatsen en zo de fundamentele regels voor een goed pleidooi schenden die wij als juristen leren, namelijk dat ’de verklaring tijd en plaats moet noemen’, geven de vertellers in de bijbel ons de datum en plaats van de verhaalde dingen met de uiterste precisie.”

19. Welk commentaar geeft één naslagwerk over de geschiedkundige details van de bijbel?

19 The New Bible Dictionary zegt: „[De schrijver van Handelingen] plaatst zijn verhaal in het raamwerk van het leven van die tijd; zijn bladzijden staan vol verwijzingen naar stadsmagistraten, provinciestadhouders, vazalvorsten, enzovoort, en deze verwijzingen blijken keer op keer precies overeen te stemmen met de plaats en de periode in kwestie.”

20, 21. Wat zegt een bijbelgeleerde over de bijbelse geschiedenis?

20 In The Union Bible Companion zegt S. Austin Allibone: „Sir Isaac Newton . . . was ook een uitstekend beoordelaar van oude geschriften, en hij heeft met grote zorgvuldigheid de Heilige Schrift onderzocht. Hoe luidt zijn oordeel daarover? ’Ik ontdek’, zo zegt hij, ’overtuigender kentekenen van authenticiteit in het Nieuwe Testament dan in welke profane [wereldlijke] geschiedenis maar ook.’ Dr. Johnson zegt dat wij over meer bewijzen beschikken dat Jezus Christus op Golgotha is gestorven, zoals in de Evangeliën staat opgetekend, dan dat Julius Caesar in het Capitool is gestorven. Wij bezitten inderdaad veel meer bewijzen.”

21 Dit naslagwerk vervolgt: „Vraag iedereen die zegt dat hij de waarheid van de Evangeliën in twijfel trekt, welke reden hij ervoor heeft te geloven dat Caesar in het Capitool is gestorven of dat keizer Karel de Grote in 800 door paus Leo III tot keizer van het Westen werd gekroond. . . . Hoe weet u dat een man als Karel I [van Engeland] ooit heeft geleefd en onthoofd werd, en dat Oliver Cromwell in zijn plaats begon te regeren? . . . Aan Sir Isaac Newton wordt de ontdekking van de wet der zwaartekracht toegeschreven . . . Wij geloven alle zojuist gedane beweringen betreffende deze mannen, en wel omdat wij geschiedkundige bewijzen voor de waarheid ervan hebben. . . . Als sommigen, nadat dergelijke bewijzen zijn overgelegd, nog steeds weigeren te geloven, laten wij hen links liggen als personen die dom en koppig of hopeloos onwetend zijn.”

22. Waarom weigeren sommigen de authenticiteit van de bijbel te aanvaarden?

22 En dan besluit dit naslagwerk met: „Wat zullen wij dan zeggen van degenen die, ongeacht de vele thans geleverde bewijzen voor de authenticiteit van de Heilige Schrift, nog steeds te kennen geven niet overtuigd te zijn? . . . Wij hebben er beslist reden voor te concluderen dat er iets aan het hart in plaats van aan het hoofd mankeert — dat zij weigeren datgene te geloven wat hun trots vernedert en hen zal dwingen een ander leven te leiden.”

Innerlijke harmonie en openhartigheid

23, 24. Waarom is de innerlijke harmonie van de bijbel zo opmerkelijk?

23 Stelt u zich eens voor dat men in de tijd van het Romeinse Rijk een boek begon te schrijven, dat het schrijven voortgang vond gedurende de middeleeuwen en dat het in deze twintigste eeuw werd voltooid, terwijl vele verschillende schrijvers er een bijdrage aan leverden. Welk resultaat zou u verwachten als de schrijvers mensen met zeer uiteenlopende bezigheden waren, zoals soldaten, koningen, priesters, vissers, veehoeders en artsen? Zou u verwachten dat het boek harmonieus en samenhangend was? ’Beslist niet!’, zegt u misschien. Welnu, de bijbel werd onder zulke omstandigheden geschreven. Toch is hij in zijn geheel harmonieus, niet alleen in grote lijnen maar ook in de kleinste details.

24 De bijbel is een verzameling van 66 boeken die in een periode van 1600 jaar door zo’n 40 verschillende schrijvers werden geschreven, te beginnen in 1513 v.G.T. en eindigend in 98 G.T. De schrijvers hadden een verschillende achtergrond en velen van hen hebben geen contact met de andere schrijvers gehad. Toch volgt het aldus ontstane boek één centraal, samenhangend thema, alsof het door één geest werd voortgebracht. En in tegenstelling tot wat sommigen geloven, is de bijbel niet het produkt van westerse beschaving maar werd het door oosterlingen geschreven.

25. Welke bewering van de bijbelschrijvers wordt door de eerlijkheid en de openhartigheid van de bijbel ondersteund?

25 Terwijl de meeste schrijvers uit de oudheid alleen hun successen en hun deugden vermeldden, gaven de bijbelschrijvers hun eigen vergissingen openlijk toe, alsook de tekortkomingen van hun koningen en hun leiders. In Numeri 20:1-13 en Deuteronomium 32:50-52 staan de tekortkomingen van Mozes opgetekend, en hij heeft die boeken zelf geschreven. In Jona 1:1-3 en 4:1 worden de tekortkomingen opgesomd van Jona, die deze verslagen heeft geschreven. In Mattheüs 17:18-20; 18:1-6; 20:20-28 en 26:56 staan minder fraaie eigenschappen opgetekend die door Jezus’ discipelen aan de dag werden gelegd. De eerlijkheid en de openhartigheid van de bijbelschrijvers vormen dus een ondersteuning voor hun bewering door God geïnspireerd te zijn.

Zijn meest onderscheidende kenmerk

26, 27. Waarom is de bijbel zo nauwkeurig in wetenschappelijke en andere kwesties?

26 In de bijbel zelf wordt onthuld waarom het boek zo nauwkeurig is in wetenschappelijke, geschiedkundige en andere kwesties, en waarom het zo harmonieus en eerlijk is. De bijbel maakt duidelijk dat het Opperwezen, de almachtige God, de Schepper die het universum heeft ontworpen, de Auteur is. Hij heeft menselijke bijbelschrijvers alleen als zijn secretarissen gebruikt, door hen er met zijn sterke werkzame kracht toe te bewegen datgene op te schrijven waartoe hij hen inspireerde.

27 In de bijbel verklaart de apostel Paulus: „De gehele Schrift is door God geïnspireerd en nuttig om te onderwijzen, terecht te wijzen, dingen recht te zetten, streng te onderrichten in rechtvaardigheid, opdat de mens Gods volkomen bekwaam zij, volledig toegerust voor ieder goed werk.” En de apostel Paulus zei ook: „Toen gij Gods woord hebt ontvangen, hetwelk gij van ons hebt gehoord, hebt gij het niet als het woord van mensen aangenomen, maar, wat het ook inderdaad is, als het woord van God.” — 2 Timotheüs 3:16, 17; 1 Thessalonicenzen 2:13.

28. Waaraan is de bijbel dus ontsproten?

28 De bijbel is dus ontsproten aan de geest van één enkele Auteur — God. En met zijn ontzagwekkende kracht was het voor hem iets eenvoudigs ervoor te zorgen dat de zuiverheid van het geschrevene tot in onze tijd bewaard bleef. Een vooraanstaande autoriteit op het gebied van bijbelhandschriften, Sir Frederic Kenyon, zei hierover in 1940: „De laatste grondslag voor enige twijfel of de Geschriften ons in hoofdzaak zo hebben bereikt als ze werden geschreven, is nu weggenomen.”

29. Hoe kan Gods vermogen om te communiceren geïllustreerd worden?

29 Mensen kunnen radio- en televisiesignalen naar de aarde zenden van een afstand van duizenden kilometers in de ruimte, zelfs vanaf de maan. Ruimtesondes hebben fysische informatie naar de aarde gezonden, alsook foto’s van planeten die honderden miljoenen kilometers verwijderd zijn. De Schepper van de mens, de Schepper van radiogolven, zou beslist op zijn minst hetzelfde kunnen doen. Het was werkelijk iets eenvoudigs voor hem zijn almachtige kracht te gebruiken om woorden en beelden over te brengen naar de geest van degenen die hij koos om de bijbel te schrijven.

30. Wil God dat mensen ontdekken wat zijn doel met hen is?

30 Bovendien zijn er veel dingen in verband met de aarde en het leven erop die getuigen van Gods belangstelling voor de mensheid. Daarom is het begrijpelijk dat hij mensen heeft willen helpen te ontdekken wie hij is en welk doel hij met hen heeft, door deze dingen duidelijk onder woorden te brengen in een boek — een blijvend document.

31. Waarom is een opgetekende geïnspireerde boodschap verre superieur aan informatie die mondeling wordt doorgegeven?

31 Overdenk ook eens de superioriteit van een boek waarvan God de auteur is, vergeleken met informatie die slechts mondeling door mensen wordt doorgegeven. Mondelinge overdracht zou niet betrouwbaar zijn, want na verloop van tijd zouden mensen de boodschap parafraseren en zou de betekenis ervan verdraaid worden. Zij zouden de mondelinge informatie overeenkomstig hun eigen zienswijze doorgeven. Maar een door God geïnspireerd, blijvend geschreven verslag is veel minder aan vergissingen onderhevig. Ook kan een boek gereproduceerd en vertaald worden zodat ook mensen die een andere taal spreken, er voordeel van kunnen trekken. Is het dus niet logisch dat onze Schepper een dergelijk middel heeft gebruikt om informatie te verschaffen? Ja, het is meer dan logisch, want de Schepper zelf zegt dat hij het zo heeft gedaan.

Vervulde profetieën

32-34. Wat heeft de bijbel dat geen enkel ander boek bevat?

32 Bovendien draagt de bijbel op een unieke, bijzondere manier het kenmerk van goddelijke inspiratie: Het is een boek van profetieën die feilloos in vervulling zijn gegaan en nog gaan.

33 De verwoesting van het oude Tyrus, de val van Babylon, de herbouw van Jeruzalem, en de opkomst en val van de koningen van Medo-Perzië en Griekenland bijvoorbeeld werden zeer gedetailleerd in de bijbel voorzegd. De profetieën waren zo nauwkeurig dat sommige critici, tevergeefs, hebben geprobeerd te zeggen dat ze waren geschreven nadat de gebeurtenissen hadden plaatsgevonden. — Jesaja 13:17-19; 44:27–45:1; Ezechiël 26:3-6; Daniël 8:1-7, 20-22.

34 De profetieën die Jezus omtrent de verwoesting van Jeruzalem in 70 G.T. had geuit, gingen nauwkeurig in vervulling (Lukas 19:41-44; 21:20, 21). En profetieën over „de laatste dagen”, die door Jezus en de apostel Paulus werden geuit, gaan tot in details in onze tijd in vervulling. — 2 Timotheüs 3:1-5, 13; Mattheüs 24; Markus 13; Lukas 21.

35. Waarom kunnen de bijbelse profetieën alleen van de Schepper afkomstig zijn?

35 Geen menselijke geest, hoe intelligent ook, zou toekomstige gebeurtenissen zo nauwkeurig kunnen voorspellen. Alleen de geest van de almachtige en alwijze Schepper van het universum zou dit kunnen, zoals wij in 2 Petrus 1:20, 21 lezen: „Geen profetie der Schrift [ontstaat] door enige eigen uitlegging . . . Want nooit werd profetie door de wil van een mens voortgebracht, maar mensen hebben van Godswege gesproken zoals zij door heilige geest werden meegevoerd.”

De bijbel geeft het antwoord

36. Wat vertelt de bijbel ons?

36 De bijbel getuigt er dus in vele opzichten van, het geïnspireerde Woord van het Opperwezen te zijn. Als zodanig vertelt dit boek ons waarom de mens op aarde is, waarom er zoveel lijden is, waar wij heen gaan en hoe de toestanden zullen verbeteren. Het openbaart ons dat er een opperste God is die de mensen en deze aarde met een doel heeft geschapen en dat dit doel verwezenlijkt zal worden (Jesaja 14:24). De bijbel openbaart ons ook wat de ware religie is en hoe wij die kunnen vinden. De bijbel is derhalve de enige bron van superieure wijsheid die ons de waarheid kan vertellen over alle belangrijke vragen van het leven. — Psalm 146:3; Spreuken 3:5; Jesaja 2:2-4.

37. Wat moeten wij ons omtrent de christenheid afvragen?

37 Er zijn dus overvloedige bewijzen dat de bijbel authentiek en waarheidsgetrouw is, maar houdt iedereen die zegt de bijbel te aanvaarden zich ook aan de leer van de bijbel? Kijk bijvoorbeeld eens naar de landen die beweren het christendom te beoefenen, dat wil zeggen, de christenheid. Zij hebben al vele eeuwen toegang tot de bijbel. Vormen hun denkwijzen en hun daden echter werkelijk een weerspiegeling van Gods superieure wijsheid?

[Studievragen]

[Illustraties op blz. 11]

Sir Isaac Newton geloofde dat de aarde ten opzichte van andere hemellichamen op haar plaats wordt gehouden door gravitatie

Het beeld dat de bijbel schildert van een aarde omgeven door lege ruimte, wordt door geleerden erkend als een opmerkelijk inzicht voor die tijd

[Illustratie op blz. 12]

Sommige vroege zeevaarders waren zelfs bang dat zij van de rand van de platte aarde zouden afvallen

[Illustratie op blz. 13]

Er zijn meer bewijzen dat Jezus Christus heeft bestaan, dan dat Julius Caesar, keizer Karel de Grote, Oliver Cromwell of paus Leo III hebben geleefd

[Illustratie op blz. 15]

De vervulling van de profetieën die Jezus omtrent de verwoesting van Jeruzalem in 70 G.T. had geuit, wordt gestaafd door de Titusboog in Rome